Gezond en veilig werken
De arbocatalogus van de GGZ

Prikaccidenten e.a. incidenten

Prikken aan een gebruikte naald en ander bloed-bloed contact kan ernstige infecties veroorzaken. Dat geldt ook voor incidenten als verwonding aan vervuild materiaal, vervuiling in de mond krijgen, contact met beschadigde huid of inademing van stofdeeltjes of waterdruppels. Wat doe je daartegen?

 

Neem elk incident serieus

In de Risico-Inventarisatie & -Evaluatie (RI&E) staat welk risico er is bij contact met biologisch materiaal. Of er kans is op schade hangt sterk af van het materiaal waar je mee in aanraking komt. Ook de hoeveelheid van het materiaal waarmee je in aanraking komt heeft invloed. Neem ieder incident serieus: kom in actie. 

Veilige naald

Gebruik alleen veilige naaldsystemen en naaldcontainers. Leeg de naaldcontainer tijdig. Plaats de dop nooit terug op de naald.

Een incident? Dit moet je doen

Handel snel als je denkt dat de persoon, het dier of ander materiaal waarmee je in contact kwam besmettelijk is. Dit doe je:

  1. Druk de wond direct goed uit zodat een goede bloeding ontstaat.
  2. Spoel de wond vervolgens met kraanwater uit een flink stromende kraan of met fysiologisch zout. Doe dit ook bij besmetting van de slijmvliezen of gebruik een oogdouche. Bij spoelen van de mond: het spoelsel uitspugen, niet doorslikken.
  3. Desinfecteer de wond met een huiddesinfectans (zie WIP-richtlijn Desinfectie van huid en slijmvliezen: alcohol en chloorhexidine beschikbaar houden).
  4. Neem meteen contact op met een deskundige zoals beschreven in het prikaccidentenprotocol.

Volg het protocol

De organisatie heeft een prikaccidentenprotocol. Daarin staat hoe te handelen na een prik-, krab-, snij-, spuug- of bijtincident. Volg de stappen die het voorschrijft. Weet hoe dit 24/7 in jouw instelling is geregeld (achterwacht, bedrijfsarts, extern zoals PrikPunt of Preventcare).

Verzamel direct informatie

Jij bent een belangrijke bron van informatie die de deskundige nodig heeft voor een goede inschatting. Ken de procedure en weet welke informatie nodig is:

  • Hoe intensief was het contact met het materiaal? Bekijk goed waar je je aan verwond hebt. Zat daar bloed aan/in?
  • Is het waarschijnlijk dat de bron besmettelijk materiaal bevat?
  • Ben je gevaccineerd en is dit toereikend?

Meld wat er is gebeurd

Goede vervolgactie is alleen mogelijk als jij het incident meldt. Breng de leidinggevende meteen op de hoogte en bepaal samen wat er moet gebeuren.

Blijf niet rondlopen met vragen

Heb je vragen over je gezondheid, vraag de bedrijfsarts om raad.

Ben je (mogelijk) zwanger, let dan extra op

Als je zwanger bent zijn sommige werkzaamheden niet mogelijk. Ook kun je niet met alle middelen worden behandeld. Zie de download Zwangerschap.

 

Neem elk incident serieus

In de Risico-Inventarisatie & -Evaluatie (RI&E) staat welk risico er is bij contact met biologisch materiaal. De kans op schade hangt sterk af van het materiaal waarmee je in aanraking komt. Ook de hoeveelheid van het materiaal is van invloed. Neem ieder incident serieus: kom in actie.

Veilige naald

Gebruik veilige naaldsystemen en naaldcontainers. Leeg de naaldcontainer tijdig. Plaats de dop nooit terug op de naald. 

Een incident? Dit moet je doen!

Handel snel als jullie denken dat de persoon, het dier of ander materiaal waar het slachtoffer mee in contact kwam besmettelijk is. Dit doe je:

  1. Druk de wond direct goed uit zodat een goede bloeding ontstaat.
  2. Spoel de wond vervolgens met kraanwater uit een flink stromende kraan of met fysiologisch zout. Doe dit ook zo bij besmetting van de slijmvliezen of gebruik een oogdouche. Bij spoelen van de mond: het spoelsel uitspugen, niet doorslikken.
  3. Desinfecteer de wond met een huiddesinfectans (zie WIP-richtlijn Desinfectie van huid en slijmvliezen: alcohol en chloorhexidine beschikbaar houden).
  4. Neem meteen contact op met een deskundige zoals beschreven in het prikaccidentenprotocol.

Volg het protocol

De organisatie heeft een prikaccidentenprotocol. Daarin staat hoe te handelen na een prik-, krab-, snij-, spuug- of bijtincident. Volg de stappen die het voorschrijft. Weet hoe dit 24/7 in jullie organisatie geregeld is (achterwacht, bedrijfsarts, extern zoals PrikPunt of Preventcare.

Verzamel direct informatie

Jullie zijn de bron voor informatie die de deskundige nodig heeft voor een goede inschatting. Ken de procedure en weet welke informatie nodig is:

  • Hoe intensief was het contact met het materiaal? Bekijk goed waar je je aan verwond hebt. Zat daar bloed aan/in?
  • Is het waarschijnlijk dat de bron besmettelijk materiaal bevat?
  • Is het slachtoffer gevaccineerd en is dit toereikend?

Meld wat er is gebeurd

Goede vervolgactie is alleen mogelijk als jullie het incident melden. Breng de leiding meteen op de hoogte en bepaal samen wat er moet gebeuren.

Blijf niet rondlopen met vragen

Bij vragen over de gezondheid: vraag de bedrijfsarts om raad.

Ben je (mogelijk) zwanger, let dan extra op

Als je zwanger bent zijn sommige werkzaamheden niet mogelijk. Ook kun je niet met alle middelen worden behandeld. Zie de download Zwangerschap.

Stel informatie en een procedure beschikbaar

In de Risico-Inventarisatie & -Evaluatie (RI&E) is in kaart gebracht welk risico er is op contact met biologisch materiaal en welke gevolgen dat kan hebben. Stel informatie en een procedure beschikbaar voor functies waarin medewerkers een risico lopen op blootstelling aan infectieus materiaal, zodat bij een incident direct gehandeld en acute hulp geboden wordt.

De volgende punten zijn belangrijk om ten minste te regelen:

  • Zorg voor gebruik van veilige naaldsystemen, naaldencontainers en een verbod op recappen.
  • Maak sluitende afspraken over het afvoeren van afval van cliënten met zeer besmettelijke ziekten, zoals specifiek ziekenhuisafval.
  • Geef medewerkers voorlichting over risico’s van biologische agentia, het herkennen van ziekteverschijnselen, hulp vragen bij (prik)incidenten, instructie over hygiëne en overige beschermingsmaatregelen, waaronder vaccinatie.
  • Stel specifieke aanwijzingen op met betrekking tot bescherming tegen biologische risico’s bij zwangerschap en borstvoeding.
  • Maak voor kritieke handelingen specifieke werkinstructies over een veilige werkwijze en te nemen voorzorgsmaatregelen (inclusief gebruik van beschermingsmiddelen).
  • Regel 24/7 acute hulp bij (prik)incidenten (prikaccidentenprotocol).
  • Neem in de incidentenregistratie en incidentenanalyse ook incidenten met besmettingsrisico’s op.
  • Onderzoek de oorzaak van prikaccidenten en neem maatregelen om herhaling te voorkomen.
  • Stel medewerkers die de kans lopen intensief met bloed in aanraking te komen in de gelegenheid zich te laten vaccineren tegen hepatitis B.
  • Leg vast dat stagiairs zich via hun opleidingsinstituut moeten laten vaccineren en dat zij bij ontbreken daarvan geen risicovolle handelingen mogen verrichten.
  • Regel met de bedrijfsarts dat de gezondheidseffecten worden vastgelegd die de medewerkers als gevolg van blootstelling aan biologische agentia (kunnen) ondervinden.
  • Registreer en bewaar de vaccinatiegegevens (titerbepalingen etc.).
  • Meld incidenten met biologische agentia van categorie 3 of 4 (zoals TBC, HIV en hepatitis B en C) onmiddellijk aan de Inspectie SZW.